JOURNALISTIEK | De Telegraaf | Reiskrant | Reportage Lanzarote

Betoverd door een vulkaaneiland

De oma van uw verslaggeefster hield van zon en zee en ging graag naar de Canarische Eilanden. Natuurlijk, het hele jaar door is de temperatuur er heerlijk. En op 4,5 uur vliegen lekker dichtbij. Van de zeven eilanden was het kale, zwarte Lanzarote haar favoriet. Haar kleindochter zoekt uit wat haar oma zo boeide.

In het vliegtuig zie je al: het is gortdroog op Lanzarote. Behalve palmbomen en cactussen groeit er weinig. Van fauna is ook nauwelijks sprake: een paar hagedissen en een enkele geit. Oma schilderde die laatsten graag, dat verklaart misschien voor een deel haar liefde voor het eiland. Maar er moet meer zijn.

Wat is na de landing in hoofdstad Arrecife niet meteen duidelijk. Het is niet alleen het uit de Sahara overgewaaide zand dat het eiland zo kaal maakt. Het is ook, of eigenlijk vooral, de vulkanische aard van het eiland. Van alle Canarische Eilanden is de ontstaansgeschiedenis ervan het meest zichtbaar op Lanzarote. Met ruim driehonderd vulkanen is de grond potentieel ontzettend vruchtbaar, maar het zal nog duizenden jaren duren eer het zwarte zand plaatsmaakt voor weelderig groen. Daarom kan het even schrikken zijn voor wie hier onvoorbereid voet aan wal zet.

Dat ervoeren ook dertigers Jeltje de Beij en Bob van den Berg. Maar na een week op het eiland hebben ze hun beeld bijgesteld. “Het eiland is ontzettend veelzijdig”, stelt Jeltje. “Hoe langer je blijft, hoe mooier het wordt”, voegt Bob toe. De Groningse gids Germa Woldhuis woont hier al achttien jaar en geeft bijna dagelijks rondleidingen voor Nederlandse en Duitse toeristen. “Ik heb veel van Spanje gezien, inclusief alle andere Canarische Eilanden, maar Lanzarote, daar wilde ik blijven”, zegt ze.

Lekker rustig vindt ze het. En dat is het ook, blijkt als ze ons het eiland laat zien. Ondanks de grote aantallen toeristen die het eiland het hele jaar door bezoeken – in de winter veel Engelsen, Duitsers en Nederlanders, in de zomer vooral Spanjaarden – komen we er onderweg weinig tegen. De wegen zijn nagenoeg verlaten. Zouden ze allemaal op het strand liggen? Tenslotte komen de meeste toeristen hier toch vooral voor de zon – die zich tijdens ons verblijf overigens bar weinig laat zien. Maar dat is gewoon pech, verzekert Germa. “Lanzarote is absoluut zonzeker”, benadrukt ze. De gebruinde gezichten van de toeristen die we dan toch tegenkomen bij bezienswaardigheid nummer 1, de Jameos del Agua, bevestigen dit.

Jameos zijn ‘bellen van lava’, natuurlijke openingen, ontstaan door gasexplosies. Lanzarote heeft meerdere van dit soort half open grottenstelsels, maar de Jameos del Agua is de enige met een bar en een dansvloer. Zou oma hier hebben gedanst? Dezer dagen kan het in ieder geval niet meer. De Jameos del Agua is tegenwoordig namelijk een soort kunstwerk, maar dan wel een waar je doorheen mag lopen. De bar – met precies hetzelfde interieur als bij de opening in 1968 – is overdag nog open, maar in het met palmbomen omgeven aangrenzende zwembad is al lang niet meer gespetterd. De Jameos del Agua is een van de vele erfenissen van César Manrique op Lanzarote.

Deze kunstenaar en visionair, geboren en getogen op Lanzarote, is de held van Germa en waarschijnlijk van het merendeel van de 142.000 inwoners van het eiland. César Manrique (1919-1992) was zijn tijd ver vooruit: hij behoedde Lanzarote in de jaren ’60 voor massatoerisme, zoals het op dat moment aan de Spaanse Costa werd gestimuleerd met de bouw van grote appartementencomplexen. Op Lanzarote is hoogbouw verboden. Net als reclameborden, en je huis een andere kleur geven dan wit met groene of blauwe luiken.

Manrique hield zich al vóór de zure regen en globalisering bezig met duurzaamheid en behoud van cultureel erfgoed en tradities. Het is zijn verdienste dat Lanzarote niet is veranderd in het zoveelste feesteiland. Al doet het krampachtig vasthouden aan zijn ontwerpen, niet alleen bij de Jameos del Agua, maar ook bij andere bezienswaardigheden op het eiland die hij ontwikkelde, af en toe wat gekunsteld en verouderd aan. Alsof je in een oude James Bond-film stapt, geheel met retro-futuristische ontwerpen. Gelukkig voor Lanzarote is dat weer helemaal in.

Hans en Grietje – “Zo heten we echt!” – Mallo uit Nijmegen (67 en 51), kunnen het wel waarderen. “Echt prachtig hoe hij dat allemaal heeft gedaan”, roepen ze in koor. Het echtpaar komt al twintig jaar op de Canarische Eilanden en heeft een zwak voor Lanzarote. “Ik vind het heerlijk om ’s avonds langs de boulevard in Puerto del Carmen te lopen”, zegt Grietje. “En als ik moe ben, gaan we gezellig bij een van de restaurantjes zitten.” Ook de Italiaanse Rosanna Marzi uit Bari, met haar 40 jaar nog niet in de buurt van haar pensioen – in tegenstelling tot veel bezoekers van Lanzarote – geniet van de rust op Lanzarote. “En van de zee, de mooie stranden en de heerlijke temperatuur”, voegt ze lachend toe.

Wij hebben genoten van het adembenemende uitzicht op het eilandje La Graciosa, vanaf het door Manrique ontworpen uitkijkpunt Mirador del Río. En het spookachtige en sprookjesachtige maanlandschap in Nationaal Park Timanfaya, het resultaat van zes jaar durende vulkaanuitbarstingen in dat gebied in de 18e eeuw. De woeste golven bij het surfstrand Playa Famara en tegen de rotsen op van Los Hervideros (De Ziedenden). Of de lieflijke dorpjes Haría en Teguise, met hun witte huizen en groene luiken.

Langzaam dringt de schoonheid van het eiland door.  En de indrukwekkende veerkracht van de eilanders, die zich niet lieten verjagen door het ontstuimige gewoel onder de aardkorst. Steeds keerden ze terug naar hun geliefde grond, steeds opnieuw bouwden ze hun leven weer op, op dat kille zwarte eiland.  Dat helemaal niet alleen maar zwart is, maar ook allerlei tinten rood en geel, zelfs een beetje groen kent. Geen wonder dat oma hier zo graag kwam. Het is net een schilderij.

Gepubliceerd in De Telegraaf (Reiskrant), december 2011

©De Telegraaf

 

Geen reacties